Haaien en Roggen terug in de Noordzee

Haaien en roggen terug in de Noordzee
Zoals ieder jaar staat de maand april bij Aveda weer in het teken van Earth Month. Naast de steun die we als salons geven aan het drinkwater project in Haiti ondersteunen we ook een lokaal initiatief namelijk het “Haaien en Roggen- project”. Een buitengewoon boeiend en interessant project. Als team mochten we ook de plek bezoeken waar de haaien en roggen gekweekt werden. Graag delen we hier wat achtergrond informatie met u in de hoop dat ook U de relevantie van dit project gaat inzien en een donatie wilt doen.

Christiaan van Sluis, Stichting de Noordzee:
“Haaien en roggen horen in de Noordzee. Helaas gaat het met veel van deze soorten niet
goed. Sommige soorten komen hier helemaal niet meer voor. Haaien en roggen moeten niet
alleen gezien worden als ongewenste bijvangst. Het is mooi dat deze dieren er nog zijn. Om
deze bijzondere dieren in onze Noordzee te behouden moeten we ze veel beter beschermen,
hun leefgebieden herstellen en mogelijkheden onderzoeken om soorten die er niet meer zijn
terug te brengen.”

Michaël Laterveer, Blue Linked:
“Dromen durven doorgeven. Het is fantastisch een bijdrage te leveren aan een gezonde
toekomst voor charismatische toppredatoren in hun oorspronkelijke en natuurlijke
verspreidingsgebied: de kustzone van de Noordzee. Haaien en roggen zijn als toppredatoren
immers hét kenmerk van een gezond en veerkrachtig ecosysteem.”

Belangrijk voor het leven in zee
Haaien en roggen bestaan al 450 miljoen jaar. Als roofdieren bovenaan de voedselketen hebben ze een
zeer belangrijke rol in het ecosysteem in de wereldzeeën. Ze zorgen bijvoorbeeld voor het ‘onderhoud’
van riffen, de balans tussen soorten en ze dragen bij aan gezonde populaties van andere dieren door
de zwakkere exemplaren op te eten. Het grootschalig wegvangen van haaien en roggen heeft effect op
de gehele voedselketen.

Trage voortplanting
Haaien en roggen hebben een lage voortplantingscapaciteit; veel soorten zijn pas na meer dan 10 jaar
geslachtsrijp. Bij de meeste haaiensoorten komen de eieren in het lichaam van de moeder uit, waarna
de babyhaaitjes volledig ontwikkeld worden geboren. Meestal gaat het om 1 tot 20 jongen per jaar.
Haaien lijken in hun ontwikkeling daarom meer op zeezoogdieren dan op andere vissen.
Er zijn ook eierleggende haaien in de Nederlandse Noordzee: de hondshaai en kathaai leggen
bijvoorbeeld 2 eieren per keer en het duurt 7 tot 10 maanden voor ze uitkomen. De lege eikapsels
van roggen en haaien spoelen vaak aan op het strand. De meeste Nederlandse op de bodem levende
roggen leggen eieren; zo’n 20 tot 140 per jaar. Hierin komen kleine roggen binnen 8 tot 10 maanden tot
ontwikkeling. De trage voorplanting van haaien en roggen maakt ze kwetsbaar voor (bij)vangst, want populaties herstellen maar langzaam.

Met uitsterven bedreigd
Wereldwijd wordt een kwart van alle haaien en roggen met uitsterven bedreigd (IUCN 2014). In Europese wateren is ruim 30 procent van de soorten bedreigd. Aan het begin van de twintigste eeuw kwamen haaien en roggen voor in onze Noordzee. Sommige soorten werden intensief bevist omdat ze gegeten werden. En met het afsluiten van de Zuiderzee in de jaren ’30 ging een belangrijke kraamkamer voor haaien en roggen verloren in Nederland.

De aantallen liepen sterk terug; na de Tweede Wereldoorlog werden ze in de zuidelijke Noordzee
als zeldzaam beschouwd. Door intensivering van de visserij vanaf de jaren ’50 en het gebruik van
steeds zwaarder vistuig zijn steeds meer gebieden in de Noordzee toegankelijk geworden voor visserij.
Hierdoor vormen deze gebieden niet langer een toevluchtsoord voor haaien en roggen.

Tegenwoordig worden nog slechts 2 (niet-commerciële) soorten regelmatig gevangen: de sterrog en de
pijlstaartrog. De zee-engel komt niet meer voor in de Noordzee. Van de 17 haaien- en roggensoorten
die nu nog in de Noordzee leven staan er 9 op de Rode lijst van de IUCN. De meeste haaien en roggen
en hun leefomgeving worden niet beschermd.

Betere bescherming nodig
De leefgebieden en kraamkamers voor haaien en roggen zijn nu nog onvoldoende bekend, maar
moeten beter in kaart worden gebracht en worden beschermd. Ondiepere paaigebieden zoals kustzones
kunnen als toevluchtsoord fungeren voor de dieren.

HAAIEN EN ROGGEN TERUG IN DE NOORDZEE

Herintroductie
De kern van ons plan is de herintroductie van een aantal haaien- en roggensoorten in de Noordzee.
Daar hebben we voor gekozen omdat de aantallen haaien en roggen zó ver zijn teruggelopen of zelfs
verdwenen, dat voor sommige soorten natuurlijk herstel van de populatie niet meer mogelijk is. De
kans op zelfstandige terugkeer in de Noordzee is klein.

Herintroductie van dieren is daarom de enige manier om soorten zoals de zee-engel en de vleet terug
te krijgen in de Nederlandse wateren. Vanwege de lage voortplantingssnelheid van roggen en haaien
hebben we een langetermijnplan opgesteld. Ook het beleid moet aan deze termijn aangepast worden.

De herintroductie is op te delen in 3 fases:
Fase 1: Inrichten aquaria
In samenwerking met aquaria en dierentuinen richten we aquaria in voor de kweek van haaien
en roggen en het verzamelen van eieren. Ook zoeken we samenwerking met buitenlandse
dierentuinen en aquaria die ervaring hebben in het kweken en verzorgen van haaien en roggen.

Fase 2: Kweekprogramma
Een aantal soorten komt in aanmerking voor het herintroductieprogramma. De inmiddels in
Nederland zeldzame stekelrog wordt al in gevangenschap gekweekt. Maar er zijn meer soorten die
geschikt zijn. Hierbij wordt onder andere meegewogen welke soorten zijn uitgestorven en welke
soorten goed te kweken zijn. Voor soorten die nog niet beschikbaar zijn via aquaria, vragen we
vissers en Wageningen Marine Research (voorheen IMARES) om om eieren aan te leveren die zij in
hun vis- en onderzoeksnetten aantreffen.

De volgende stap is om uit de verzamelde eieren verschillende soorten levensvatbare haaien
en roggen te kweken. Gezien het succes van het kweken van roggen in onder andere het
kweekcentrum van Dolfinarium Harderwijk is de verwachting dat dit een haalbare optie is. Het
kweekprogramma wordt opgezet conform de richtlijnen voor herintroductie van soorten van de
IUCN/SSC Reintroduction Specialist Group en voor het publiek zichtbaar gemaakt.

Fase 3: Pilot uitzetprogramma
We doen onderzoek om gebieden te identificeren waar we de jonge exemplaren succesvol
kunnen uitzetten. Zo kijken we bijvoorbeeld naar de kwaliteit van de Nederlandse kustzone als
opgroeigebied voor haaien en roggen. De aanbevelingen uit het haaien- en roggenherstelplan,
dat is opgesteld door de Nederlandse Elasmobranchen Vereniging (2014), worden aangevuld met
onderzoek naar de randvoorwaarden voor herintroductie.

Als de kweek succesvol is en voldaan kan worden aan de voorwaarden voor de kwaliteit van
de opgroei- en leefgebieden voor haaien en roggen, zetten we de eerste gekweekte dieren uit in
geschikte leefgebieden. We denken aan bijvoorbeeld de Natura 2000-gebieden in de Nederlandse kustzone.

De uitgezette haaien en roggen gaan we zorgvuldig monitoren. Sportvisserij Nederland is in 2012
een merk- en uitzetprogramma voor haaien en roggen in de Zeeuwse delta gestart. Voor het taggen
en de monitoring van de uitgezette dieren gaan we met hen samenwerken. De kennis die we met
dit onderzoeks- en herintroductieprogramma voor haaien en roggen opdoen is bruikbaar voor
uitzetprojecten wereldwijd.

Verduurzaming van visserij
In Nederland wordt er niet gericht op haaien en roggen gevist. Het grote probleem is vooral de (bij)
vangst van haaien en roggen. De dieren worden vervolgens veelal dood teruggegooid in zee.
Het Nederlands visserijbeleid voor de kust en in de binnenwateren richt zich op verduurzaming van
de visserijsector. Een onderdeel daarvan is de ‘aanlandplicht’: een verbod op het terug in zee gooien
van vis. Dat geldt echter niet voor soorten die volgens de Europese wetgeving niet bevist mogen
worden, zoals bedreigde haaien- en roggensoorten. Deze soorten moeten nog steeds zo snel mogelijk
en ongedeerd overboord gezet worden.

Toch geldt deze uitzondering niet voor álle haaien- en roggen, en kunnen dus ook soorten die (nog)
niet bedreigd zijn worden gevangen en aangeland. De aanlandplicht wordt gefaseerd ingevoerd, en
er is een uitzondering mogelijk voor soorten met een hoge overlevingskans, zoals haaien: zij kunnen
terugzetting prima overleven. Voor roggen is er meer onderzoek nodig. Een terugzetverplichting voor haaien kan het voorzichtige herstel van de soort helpen. Hiervoor hebben de vissers kennis en inzicht nodig om te weten wat ze kunnen doen en waarom.

Haaien en roggen in de Noordzee
In de Nederlandse Noordzee komen 9 soorten haaien voor. Tot in de jaren ’70 van de vorige eeuw was de doornhaai de meest voorkomende haai in de Noordzee. Inmiddels wordt de soort door internationale organisaties beschouwd als ernstig bedreigd. De huidige populatiegrootte is ongeveer 20 procent van wat het enkele decennia geleden was. De doornhaai heeft een lange voortplantingstijd en volwassen vrouwtjes scholen vaak samen. Als zo’n school gevangen wordt – meestal als bijvangst – is dat desastreus
voor de soort.

Er zijn 9 soorten roggen in onze Noordzee. De stekelrog is niet de meest talrijke soort, maar wordt wel het meest gevangen als bijvangst in de bodemvisserij. Een vrouwtje wordt ongeveer 120 cm lang en is pas met 9 jaar geslachtsrijp. Mannetjes worden ongeveer 1 meter lang en zijn met 8 jaar geslachtsrijp. De stekelrog leeft op de zeebodem en eet kreeftjes en kleine vissen. De meeste stekelroggen blijven dicht in de buurt van hun geboorteplaats. Vleten zijn de grootste roggen die in de Noordzee leven. Ze kunnen 2,5 meter lang en 100 kilo zwaar worden. Aan het einde van de 19e eeuw werd er in Nederland actief op de vleet gevist, met als gevolg dat ze nu uit het Nederlands deel van de Noordzee zijn verdwenen.

Doel
Een Noordzee waarvan het ecosysteem hersteld is en waarin gezonde populaties haaien en roggen voorkomen. Dit doel moet in 2030 gehaald zijn.

Strategie
Het vergroten van de aantallen en soorten van haaien en roggen door:
1. Het veilig stellen van huidige haaien- en roggenpopulaties door het beperken van de (bij)vangsten.
2. Het opkweken en uitzetten van jonge exemplaren van bedreigde en (lokaal) uitgestorven haaien en roggen.
3. Het creëren van veiligere leefgebieden voor haaien en roggen waarin (bij) vangsten zo veel mogelijk voorkomen wordt.

Beoogde resultaten
• De aantallen haaien en roggen zijn toegenomen in 2030.
• De belangrijkste leef- en paaigebieden van haaien en roggen zijn beschermd.
• In tenminste 1 Natura 2000-gebied komen haaien en roggen weer voor en is bescherming van deze soorten goed gewaarborgd.
• Tenminste 2 soorten bedreigde haaien of roggen worden succesvol opgekweekt en uitgezet in zee.
• Breder draagvlak bij overheid, ondernemers (vissers) en publiek voor de bescherming van haaien en roggen.

Dit project wordt uitgevoerd door het Wereld Natuur Fonds (WNF) in samenwerking met Stichting De
Noordzee (SDN), Blue Linked, Dutch Shark Society en Sportvisserij Nederland. Er is een projectteam
opgezet dat regelmatig bij elkaar komt om de voortgang te bespreken. WNF is penvoerder,
verantwoordelijk voor de communicatie richting het bredere publiek en levert de projectleider.
SDN is inhoudelijk gesprekspartner. Blue Linked kweekt zelf haaien en leidt het kweekprogramma.
Sportvisserij Nederland participeert in het merk- en volgsysteem van de uitgezette haaien en roggen.
Dutch Shark Society heeft een adviserende rol, levert beeldmateriaal en documenteert het project.